Wat is
situatieve therapie?
1 Zelfverwerping herkennen
In Situatieve Therapie leer je je bewust te worden van de oude, anticiperende gevoelens en gedachten van minderwaardigheid en zelfverwerping, die je situatieve ervaring en actiebereidheid tegengaat of onderdrukt.
Kijkend naar je verleden leer je herkennen hoe de manier waarop er vroeger verwerpend op je gereageerd werd nu nog steeds terug kan komen in de verwerpende gevoelens die je over jezelf kan hebben.
Dan kan je aanvaarden hoe het in die situaties in het verleden voor jou logisch was, dat je zelfverwerpende gevoelens aangaven dat het nutteloos of nadelig kon zijn om uitdrukking te geven aan je eigen ervaring en behoefte in zo’n situatie.
Dat in die situaties een sociaal wenselijk gedrag noodzakelijk was, een voorwaarde voor acceptatie en positieve bejegening.
Dat je zo je best trachtte te doen, door je sociaal wenselijk op te stellen.
Dat die situaties je op die manier geleerd hebben om niet meer te handelen vanuit je eigen ervaring en oordeel over die situatie, maar om te handelen vanuit het oordeel van anderen over jezelf.
Dat je eigen situatieve oordeel en gedrag verwerpelijk is.
Dat je om er bij te horen moest voldoen aan het oordeel en de verwachtingen van anderen.
“Ieder mens doet ieder ogenblik het beste dat hij kan opbrengen
op grond van zijn gemoedsgesteldheid en zijn beperkte inzicht op dat moment”
Maarten Schlemper
En dat je situatie nu anders is, dat je jezelf, je eigen situatieve gedachten en gedrag niet meer hoeft te verwerpen.
En je situatie er niet meer om vraagt om zo sociaal wenselijk te zijn.
2 Interoceptief identificeren
Situatieve therapie maakt niet primair een onderscheid tussen positieve en negatieve gevoelens, het maakt wél een essentieel onderscheid tussen situatieve gevoelens en zelfbetrokken gevoelens.
Ál je gevoelens zijn belangrijk en worden heel serieus genomen en zijn daarom uitgangspunt van je handelen en welbevinden.
Dus ook positieve en negatieve gevoelens, sterke gevoelens en vage gevoelens.
Dit met uitzondering van je zelfbetrokken gevoelens – voortkomend uit het verleden en gebaseerd op zelfverwerping.
Dit omdat zelfbetrokken gevoelens doorgaans een waardeoordeel over jezelf inhouden en onderdrukking van je situatieve oordeel en actiebereidheid betekenen.
Situatieve gevoelens zijn telkens anders, naar gelang het karakter van de situatie.
Zelfbetrokken gevoelens daarentegen zijn doorgaans hetzelfde, qua karakteristieke emotionaliteit, ongeacht de situatie.
Daarom kunnen zij makkelijk interoceptief worden geïdentificeerd, zodra zij in verschillende situaties naar voren komen op dezelfde lijfelijk-emotionele manier. En kunnen zij bewust worden doorvoeld.
3 Blootstellen
Het doel van situatieve therapie is je uit de greep van die oude, verstorende zelfbetrokken gevoelens te bevrijden, zodat je weer je eigen zin kan volgen en je kan opstellen en handelen naar je eigen situatieve gevoelens.
Dat kan door na het identificeren van je zelfbetrokken gevoelens ze vervolgens bewust in je lijf waar te gaan nemen en de kenmerkende “pijn” te gaan doorvoelen.
Hierdoor kom je als waarnemer grotendeels buiten de waargenomen zelfbetrokken gevoelens te staan, zodat je alsnog kan handelen naar je situatieve gevoelens.
Onplezierige zelfbetrokken gevoelens zetten je aan om je zo in de situatie op te stellen dat zij daardoor verdwijnen en je je niet meer onplezierig voelt.
En als dat onmogelijk lijkt, kunnen ze je er ook toe aanzetten om je direct met deze gevoelens bezig te houden en ze bijvoorbeeld weg te willen denken, of ze door andere herinnerde gevoelens te willen vervangen.
Dat is de essentie van bijgeloof, religie, spiritualiteit en gnosis: werk niet aan de situatie, maar werk in eerste en laatste instantie aan jezelf.
Probeer door te bidden, mediteren, filosoferen, catharsis, extase of het gebruik van middelen, om blijvend positieve “hemelse” gevoelens in jezelf op te roepen, bij leven of na je dood.
Door de onplezierigheid van de zelfbetrokken gevoelens juist op te zoeken in je lijf en expres te ervaren, zetten de onplezierige gevoelens je niet meer aan om je sociaal wenselijk in de situatie op te stellen.
Dan stel je je bloot aan deze gevoelens en handel je er dus niet meer naar.
En door er niet meer naar te handelen, worden deze gevoelens niet meer bekrachtigd en nemen zij geleidelijk af.
Anders gezegd: door deze negatieve gevoelens bewust te willen voelen wil je ze niet meer verminderen.
Door de bewuste beslissing om je er aan bloot te stellen, om ze te willen ervaren, wil je ze niet meer wegnemen.
Dan wil je jezelf er niet meer van bevrijden door er op een sociaal wenselijke manier naar te handelen.
Het lijkt paradoxaal: door ze niet tot rust te willen brengen, komen ze meer en meer tot rust.
Door ze niet te bestrijden, worden ze juist minder.
Door je bloot te stellen aan deze gevoelens en ze extra duidelijk te voelen, worden ze steeds onduidelijker.
Zo ontstaat er ruimte voor je situatieve gevoelens en handelingen.
4 Situatief handelen
Je stelt je bloot aan de zelfbetrokken angst door – ondanks de protesterende angst – toch te doen waar de situatie in jouw ogen om vraagt. Door ondanks de angst situatief te handelen.
Dat heeft een vierdubbel voordeel:
- De situatie wordt plezieriger waardoor je het meer naar je zin krijgt
- Je gaat hierdoor meer en meer vertrouwen op je eigen situatieve oordeel
- De zelfbetrokkenheid, angstige actiebereidheid en sociaal wenselijke gedrag nemen af.
- Er ontstaat een positieve, situatiebetrokken, gewoontevorming
In het algemeen ontstaat gewoontevorming door het herhaald omzetten van actiebereidheid in actie.
Waardoor de actiebereidheid in toekomstige situaties versterkt wordt opgeroepen.
Daarentegen, wanneer gevoelens niet geëffectueerd worden in gedrag, verzwakt de actiebereidheid op termijn.
De gewoontevorming neemt dan af en de actietendens die er van uit gaat, zal hierdoor meer en meer verzwakken.
Dat geldt voor zelfbetrokken gevoelens evenzeer als voor situatieve gevoelens:
wanneer de expressie van situatieve gevoelens onderdrukt wordt door angstige of verwerpende zelfbetrokken gevoelens zorgt dat ervoor dat je er steeds minder op in gaat en je je steeds minder betrokken voelt tot je situatie.
Waardoor die situatie steeds minder betekenis krijgt voor je, je gevoelens steeds eentoniger worden en je uiteindelijk depressief kan worden.
Wanneer je vervolgens toch weer gaat handelen naar je situatieve gevoelens, en je de daartegen protesterende zelfbetrokken gevoelens blijft doorvoelen, bekrachtig je daardoor meer en meer je situatieve oordeel en actiebereidheid en neemt je situatiebetrokkenheid meer en meer toe.
Dan krijgt je situatie steeds meer betekenis voor je en zal je gevoelsleven geleidelijk minder eentonig worden, omdat deze weer gaat variëren met de manier waarop de situatie voor jou in betekenis varieert.
5 Betekenisvol leven
Wanneer je zo betrokken en actief ingaat op je situatie, handelend vanuit je eigen situatieve gevoelens, zullen de negatieve en verstorende zelfbetrokken gevoelens en de bijbehorende negatieve effecten en klachten vanzelf afnemen.
Dan ontstaat er weer een (situatief) gevarieerd gevoelsleven.
Een gevoelsleven dat bepaald wordt door situatieve gevoelens, die je zelfvergeten (‘zelfloos’) doen ingaan op een betekenisvolle wereld die vanzelf je eigen natuur tot ontplooiing laat komen.